Wellicht ben je zelf begonnen met beleggen of misschien ken je alleen de basisbeginselen. In grote lijnen is beleggen niet zo moeilijk: je koopt iets en hoopt dat het in de toekomst meer waard wordt en dan verkoop je met winst. In principe kan je overal in beleggen; van whisky tot bitcoin.
Het meest gebruikelijk is om aandelen in een bedrijf te kopen. Je wordt dan eigenaar van een (heel klein) deel van het bedrijf, maar feitelijk heb je nauwelijks iets te zeggen in dat bedrijf. Je profiteert echter wel van de winst. Als het goed gaat, zal de koers van het aandeel stijgen en kan jij een keuze maken of je met winst zal verkopen of wacht op nog betere tijden. Uiteraard kan het ook anders lopen en indien het bedrijf failliet gaat, ben jij ook je hele inleg kwijt. Maar er zijn ook andere strategieën.
Shorters: de ‘jakhalzen’ van de beurs
Op de beurs zijn er ‘shorters’ die ook wel oneerbiedig jakhalzen worden genoemd. Het is een tactiek van grote en machtige hedgefunds die beweren altijd winst te kunnen maken. Voor hen maakt het – naar eigen zeggen – niet uit of de beurs stijgt of daalt.
Hoe werkt shorten?
Shorten werkt als volgt. Er wordt gezocht naar een zwakke prooi, een bedrijf dat het moeilijk heeft en wellicht failliet zou kunnen gaan of gewoon een te hoge koers lijkt te hebben. Op zo’n bedrijf storten de jakhalzen zich. Ze lenen aandelen van het bedrijf bij grote beleggers en verkopen deze, terwijl ze die niet bezitten. Dat is toegestaan, mits ze onder iedere omstandigheid de geleende aandelen terug zullen leveren. Als het aandeel flink gaat dalen, koopt de shorter die weer in en geeft ze terug aan de partij bij wie deze geleend waren. De winst is uiteraard voor de shorter.
Veel beleggers hebben een hekel aan shorters, omdat ze lijken te profiteren van ellende van anderen: de aandeelhouders en het bedrijf dat wellicht verdwijnt. Soms is het enkele feit dat shorters een bedrijf op de korrel nemen al genoeg voor een forse daling van de koers.
En toen ging het anders…
GameStop verkoopt computerspelletjes in de bekende plastic doosjes. Dat is geen goede business in een coronacrisis. De jakhalzen hadden het bedrijf al praktisch op de knieën en het aandeel was nog maar $ 4 waard. En toen gebeurde er iets dat uniek was. In korte tijd ging de koers naar $ 200 terwijl er geen echte reden voor kon worden gevonden. Shorters maakten een paar miljard (!) verlies en er ontstond enige paniek op Wall Street. Wat was er gebeurd?
Jonge beleggers spannen samen
De reden van de koersstijging bleek een samenspanning van miljoenen jonge beleggers via de social media. Ze besloten de shorters een koekje van eigen deeg te geven. Het aandeel GameStop werd steeds hoger gezet omdat de jonge beleggers bleven kopen. Uiteraard waren het kleine aankopen maar door het grote aantal deelnemers ging de koers dagelijks omhoog. Iedereen, ook de kopers, weet dat het bedrijf beslist geen $ 200 per aandeel waard is. De koers zal dus instorten, maar veel shorters zullen dan hun verlies al hebben genomen.
Grote verdeeldheid in de financiële wereld
Shorters zijn niet populair, maar is hetgeen de jonge beleggers hebben gedaan wel ethisch of een soort bedrog? De meningen zijn verdeeld. De rijkste man ter wereld, Elon Musk, grootaandeelhouder in Tesla, heeft de jongeren toegejuicht en dat geldt ook voor een deel van de politici. Maar er is ook altijd een andere kant. De winst van de een is het verlies van de ander. Dit keer zijn het de jakhalzen die hebben verloren. Die klap komen ze wel te boven. Maar in de VS moet iedere werknemer voor zijn eigen pensioen zorgen en dat gebeurt in het algemeen via een beleggingsportefeuille. Vaak zijn deze portefeuilles indirect afhankelijk van de resultaten van shortende hedgefunds. De miljarden moeten derhalve uiteindelijk weer opgehoest worden door ‘gewone’ Amerikanen. Wat is jouw standpunt?
Bekijk ook:
Plaats een reactie