Er zijn verschillende termen voor: obstipatie, constipatie of verstopping, maar uiteindelijk komt het, heel plat, allemaal op hetzelfde neer: niet kunnen poepen. Voor een op de vijf Nederlanders is het een min of meer bekend fenomeen, zeker in de vakantietijd. Maag-darm-leverarts Daniel Keszthelyi, verbonden aan het MUMC te Maastricht, zegt over dit probleem: ”Lang stilzitten is niet bevorderlijk voor de darmmotoriek.”
Belangrijke oorzaken
Volgens Keszthelyi zijn er een aantal belangrijke oorzaken aan te wijzen waarom zoveel mensen last hebben van obstipatie. Zo speelt de bekkenbodem een grote rol. Dit is een soort spier met bindweefsel eromheen waar de organen op rusten. Om te kunnen poepen moet je die spier goed kunnen ontspannen. Doordat wij gebruik maken van de moderne toiletten, zoals die ooit door de Engelsen in West-Europa zijn geïntroduceerd, zitten wij in een onnatuurlijke houding, hoe rustgevend we dit ook mogen ervaren. In landen waar de hurktoiletten gewoon zijn zie je veel minder gevallen van obstipatie. De hurkhouding ontspant namelijk automatisch een belangrijke bekkenbodemspier, waardoor de grote boodschap makkelijker het lichaam verlaat.
Maar wanneer heb je nou obstipatie?
Er zijn wel wat misverstanden over wanneer je nu wel of geen obstipatie hebt. De vuistregel is dat wanneer je na drie dagen nog steeds niet kunt, je geconstipeerd bent. Verder is het uiteraard per individu verschillend. De een gaat iedere dag, soms wel meerdere keren, de ander eens in de twee of zelfs drie dagen. Feit is dat er wel vaak sprake is van een regelmatig patroon.
Wat helpt het beste tegen obstipatie?
Bij een zittende houding is het gebruik van laxeermiddelen niet heel zinvol. Je kunt immers de spier die voor de ontlasting zorgt niet ontspannen en de zaak blijft daarmee gewoon ‘op slot’. Goede, vezelrijke, voeding is dan het beste alternatief want vezels zorgen voor massa, stimuleren de darmbeweging en vormen voedsel voor de darmbacteriën. Het is dus zaak om voldoende volkoren producten, fruit, groente en peulvruchten te eten.
Op vakantie
We kennen het allemaal wel. Wanneer we op vakantie gaan is er vaak opeens niets meer over van ons regelmatige patroon om even ‘uit de broek’ te gaan. Uit angst om onderweg te moeten plassen drinken we vaak niet genoeg water. Ook zitten we lang stil in het vliegtuig of in de auto, wat ook weer niet bevorderlijk is voor de darmmotoriek. En eenmaal op het vakantieadres aangekomen gaan we dan ook nog eens anders eten, vaak vezelarm. En dat is dan weer vragen om extra problemen.
Dus wat verder te doen?
Het advies van Daniel Keszthelyi is helder: “Luisteren naar je lichaam. Gaan als je aandrang voelt. Als je de ontlasting ophoudt, neemt de dikke darm er nog meer vocht uit op. Daardoor droogt de keutel in, wordt de ontlasting harder én slinkt. Daardoor neemt de aandrang af. Maar de volgende keer dat je aandrang krijgt, wordt het lastiger om hem eruit te krijgen. Met alle gevolgen van dien: obstipatie, maar ook een hoger risico op aambeien door persen.”
Plaats een reactie