Death Valley ligt in het zuidwesten van de Verenigde Staten. Het is voor het grootste gedeelte een woestijn omringd door hoge bergen. Hier vind je het laagste punt van de VS, ongeveer 8,5 meter onder de zeespiegel. In Death Valley zijn ook de hoogste temperaturen in dit enorme land gemeten, in de zomer is het regelmatig boven de 50°C.
In de 19e eeuw werd er hier goud ontdekt in een gebied waar mensen niet thuishoren. Er zijn nog steeds mijnstadjes te vinden, maar uiteraard woont er niemand meer. Sommige mijnstadjes behoren vandaag de dag wel tot de meest bizarre vakantiebestemmingen. De huidige naam kreeg de woestijn pas na de goudkoorts.
Veel gouddelvers namen risico’s en dat was geen goed idee in dit ruige land. Hun dood was aanleiding voor de lugubere naam van het gebied. Momenteel is Death Valley een echte toeristische trekpleister en als je ooit in de buurt komt, moet je het zeker gaan bekijken. De omgeving is ruig en mooi in alle woestheid. In de winter zijn de temperaturen om uit te houden, in de zomer moet je beslist in een goede conditie zijn en wordt een bezoek ook afgeraden.
Racetrack Valley
In het gebied is een plaats waar stenen zichzelf voortbewegen en dan hebben we het niet over kiezels. De meest indrukwekkende is een flinke rots die inmiddels 200 meter verderop ligt sinds deze voor het eerst werd gespot, andere zijn aan een inhaalrace bezig. Het klinkt als een fabel om toeristen te lokken maar er is wetenschappelijk bewijs dat de stenen inderdaad bewegen en dat daaraan geen mensenhand te pas komt. Het onderzoek heeft vele jaren geduurd. Ook elders ter wereld gaan stenen immers soms op de loop met een beetje hulp van de natuur. Maar hoe krijgt de natuur het voor elkaar op deze plaats?
Het geheim ontsluierd
De wind kan in sommige gebieden flink tekeer gaan en dat geldt ook voor Death Valley tussen die hoge bergen. Maar er zijn nog nooit orkanen geweest in het gebied en een rots van meerdere kilo’s laat zich niet verplaatsen door minder dan een forse wervelstorm.
De tweede optie is waterkracht. Er is echter een chronisch gebrek aan water in het gebied. Gemiddeld valt er niet meer dan 5 centimeter regen per jaar. Er is met onderbreking van vele jaren soms een plensbui in de woestijn, maar nooit genoeg om stenen weg te spoelen met de massa van de bewegende stenen.
Dan blijft er nog ijs over. In onze streken is te zien hoe gletsjers stenen van tonnen hebben meegevoerd en min of meer willekeurig hebben laten vallen. Maar je begrijpt dat er geen gletsjers in de woestijn zijn te bekennen. En toch is het een combinatie van deze drie factoren die de stenen doen wandelen. Alle stenen gaan maar één kant op en dat was het begin van de oplossing. In de woestijn kan het soms flink afkoelen en zelfs vriezen. Op de zoutvlakte van Racetrack Valley bevriest het weinige water.
Bij een sterke wind, die door de ligging altijd uit dezelfde richting komt, gaan de rotsen wandelen met het ijs als hulpmiddel. Verder moet het terrein een beetje meezitten, zodat ook de zwaartekracht nog meedoet.
Bekijk ook:
Plaats een reactie